‘Het gaat niet om de hoeveelheid die je nalaat’

Als kind weet Annemieke al dat ze tropenarts wil worden. Op haar 28ste vertrekt ze daadwerkelijk naar Ghana waar ze vier jaar lang werkt als arts. ‘Daar zag ik wat het werk van goede doelen voor kinderen met een handicap kon betekenen. Die kinderen én hun gezinnen gingen van een leven zonder hoop naar een leven met veel hoop. Dat verdienen we toch allemaal?’ Als ze haar testament opmaakt, weet Annemieke van Oostveen (63) vrijwel meteen dat ze een deel van haar erfenis aan een goed doel wil nalaten. 

Het is hard werken in Ghana. Zoveel leed. ‘Ik voelde weinig angst van tevoren, maar ik kon me denk ik ook geen voorstelling maken van de enorme verantwoordelijkheid die ik daar zou ervaren voor al die patiënten die bij me kwamen. Patiënten kwamen met een verzorger, een moeder of zus bijvoorbeeld, uit het arme noorden. Dat had een grote impact op de hele familie. Soms kon je helpen, soms niet. Ik heb heel wat mensen zien overlijden, ook veel kinderen. Dat is heftig.’ Ze zag gelukkig ook veel mooie dingen. 

‘Dankzij de bemiddeling van hulporganisaties kregen kinderen met een handicap medische hulp, maar ook een opleiding. Meisjes werden bijvoorbeeld opgeleid tot naaister of kapster. Zo veranderde een kind waar de familie zich voor schaamde, en daarom zelden buitenkwam, in een jonge vrouw die een bijdrage kon leveren aan de gemeenschap. Dat is een enorme omkering.’ 

‘Ik herinner me een meisje van een jaar of zestien dat haar hele leven alleen maar had gekropen. Polio had voor akelige vergroeiingen gezorgd. Met slippers aan haar handen en enorme eelt op haar knieën. Ik kon haar opereren en met behulp van een beugel om haar heupen kon ze voor het eerst rechtop staan en mensen in de ogen kijken. Dat heeft veel indruk op mij gemaakt.’ 

Na vier jaar loopt haar contract als tropenarts af. ‘Het was heel hard werken en je ziet veel leed om je heen. Bovendien blijf je toch altijd een buitenstaander daar. Ik leefde er heel eenvoudig, maar had wel een autootje, goede kleren, eten. Het blijft scheef.’ Terug in Nederland leert ze Herman kennen en ze krijgen samen een zoon. 

‘Mijn hart heeft altijd in de tropen gelegen, maar inmiddels had ik een leven hier, dus besloot ik ook hier te gaan werken: eerst als huisarts, later als specialist ouderengeneeskunde. Inmiddels is mijn zoon het huis uit en trekt het wel weer. Ik probeer nu op andere manieren invulling te geven aan dat verlangen om te helpen en om me verbonden te voelen. Bijvoorbeeld door donateur te zijn van verschillende hulporganisaties en met het opnemen van een organisatie in mijn testament die werkzaam is binnen gezondheidszorg in het buitenland.’ 

Het gaat over een verbondenheid voelen met de wereld om je heen

Annemieke heeft dat testament een paar jaar geleden pas geregeld. ‘We maakten toen verre reizen met z’n drieën en ik vroeg me ineens af wat er eigenlijk zou gebeuren als wij alle drie om het leven zouden komen.’ Dat is het moment voor Annemieke en Herman om naar de notaris te gaan waar ze een samenlevingscontract opstellen. 

‘De notaris zei ons dat we er goed aandeden dan ook een testament te maken.’ Een deel van hun erfenis gaat uiteraard naar hun zoon en een deel naar een goed doel. Herman kan zich goed vinden in haar keus iets na te laten aan een goed doel dat zich in zet voor gehandicapte kinderen in het buitenland.

‘Het gaat niet over de hoeveelheid die je nalaat. Het gaat over een verbondenheid voelen met de wereld om je heen. Mijn zoon is natuurlijk mijn kind, maar al die kinderen die daar in Ghana mijn pad kruisten voelen ook als mijn kinderen. Zij hebben ook rechten. Dankzij het werk van goede doelen worden veel kinderen geholpen en echt gezien. Dat is een waardevol geschenk.’ 

Overweeg je een testament te maken?

Op vrijdag 4 april van 14:00 tot 15:00 organiseren we een gratis webinar waarin sociaal notaris Yvonne Vleeshouwers in begrijpelijke taal uitlegt hoe je je testament eenvoudig regelt.